Confirmation bias

(Bevestigingsvooroordeel)

Een  confirmation bias, myside-bias of bevestigingsvooroordeel is een cognitieve bias. Deze veel voorkomende denkfout is de neiging om aandacht en waarde te hechten aan informatie die de eigen ideeën, overtuigingen of hypotheses bevestigt. Over informatie die de eigen overtuigingen weerspreekt is men daarentegen hyperkritisch. Over het algemeen hebben mensen in hun leven al veel geïnvesteerd (materieel of sociaal geïnvesteerd) in een bepaalde leefstijl of een maatschappelijke groep en zouden nadelen ondervinden als zij een andere overtuiging moeten accepteren. Er wordt in sommige gevallen ook wel gesproken van “gemotiveerde informatieverwerking” (motivated reasoning)  waarbij mensen hun eerdere overtuigingen verdedigen, in stand houden of bevestigen.

In-group en identiteit

Wanneer we ons emotioneel verbonden voelen met bepaalde opvattingen treedt gemakkelijk confirmation bias op. We gebruiken uiteindelijk elk willekeurig “bewijs” dat we vinden om simpelweg de vooraf vastgestelde conclusies van onze in-group te versterken. Vooral wanneer we al tijd, energie en geloof in een groep hebben geïnvesteerd willen we het wereldbeeld beschermen dat onze identiteit bevestigt.

Sociale psychologie, cognitieve bias en identiteit

De meeste mensen zoeken optimisme en positieve eigenwaarde, niet feiten, dit wordt keer op keer door sociaalpsychologisch onderzoek bevestigd.

Wat we als feiten en als waar beoordelen hangt af van onze wens voor positieve informatie over ons zelf en onze toekomst (tenzij we ons aan de twee regels houden die hieronder worden beschreven…) . Informatie die positieve gevolgen heeft voor ons zelf of voor de groep met wie we ons identificeren wordt veel sneller als “waar” beoordeeld. Mensen zijn evolutionair niet ontwikkeld om de werkelijkheid/realiteit goed waar te nemen, maar om in groepen te ageren. Voor ons is belangrijk wat onze vrienden en bondsverwanten vinden, niet wat “echt” aan de hand is. Hierbij is het verschil tussen wetenschapper en leken alleen maar gradueel, niet absoluut.

Verder lezen: The Knowledge Illusion: Why We Never Think Alone

Cherrypicking/Selectief winkelen

Selectief winkelen is een een argumentatie-tactiek waarbij onvolledig bewijs wordt gebruikt om een standpunt te verdedigen. Hierbij worden anektdotische individuele gevallen of gegevens die een bepaald standpunt lijken te bevestigen gekozen. Cognitieve denkfouten
Cherrypicking/Selectief winkelen

Selectief winkelen is een argumentatie-tactiek waarbij onvolledig bewijs wordt gebruikt om een standpunt te verdedigen. Hierbij worden anekdotische individuele gevallen of gegevens die een bepaald standpunt lijken te bevestigen gekozen. Tegelijkertijd worden andere relevante soortgelijke gevallen of gegevens die het eigen standpunt kunnen tegenspreken worden genegeerd. Gegevens of andere vergelijkbare gevallen die dit standpunt mogelijk ontkrachten, in breder perspectief plaatsen of nuanceren worden daarbij verzwegen. Cherrypicking kan opzettelijk of onopzettelijk plaatsvinden.

Men kiest of interpreteert elk bewijsstuk dat overtuigingen ondersteunt en verwerpt elk bewijsstuk dat dat niet doet. Een favoriete techniek van de confirmation bias.

Confirmation bias is het tegendeel van het falsificatiebeginsel

Terwijl wetenschappelijk, rationeel en kritisch denken juist om een falsificatieprincipe vraagt, is de confirmation bias juist typisch voor intuïtief, subjectief en bevooroordeeld denken. In sommige groepen, zoals bij complotdenkers, vormt de confirmation bias een steunpilaar van het de denken en de algehele argumentatie.

Maar de confirmation bias komt overal in de samenleving voor, ook bij hoogopgeleide mensen. Beslissingen op basis van deze denkfout komen voor in politieke, organisatorische, financiële en wetenschappelijke contexten. Belangrijk is daarom kritische en open discussie in divers samengestelde groepen. Terwijl de meeste mensen individueel hun eigen denkfouten niet kunnen ontdekken, zijn mensen juist erg goed in het ontdekken van de denkfouten van anderen, vooral als deze niet tot de eigen in-group toebehoren. Groepen nemen doorgaans betere beslissingen wanneer mensen uiteenlopende meningen kunnen uiten.

Psychologische vooroordelen, onzekerheid en zeldzame gebeurtenissen

zwarte zwaan metafoor voor psychologische vooroordelen en denkfouten die mensen, zowel individueel als collectief, blind maken voor onzekerheid en de substantiële rol van zeldzame gebeurtenissen in historische aangelegenheden. confirmation bias
zwarte zwaan: zeldzame gebeurtenis

Psychologische vooroordelen of denkfouten kunnen belangrijke gevolgen hebben voor individuen en groepen, vooral wanneer deze te maken hebben met onzekerheid en zeldzame gebeurtenissen (ook wel genoemd Zwarte Zwanen). We denken dat we de toekomst kunnen voorspellen aan de hand van eerdere ervaringen. Maar vaak hebben wij onvolledige of onbetrouwbare kennis.

Met name de confirmation bias kan mensen overmoedig maken in hun overtuigingen en voorspellingen. Mensen kunnen aannemen dat ze voldoende of accurate informatie hebben om te anticiperen op zeldzame gebeurtenissen. Ze kunnen alternatieve perspectieven of scenario’s negeren die hun bewustzijn of paraatheid zouden kunnen vergroten. Sommige politieke leiders kunnen bijvoorbeeld waarschuwingen of signalen van potentiële crises of conflicten negeren omdat ze niet in hun verwachtingen of agenda passen. Zie de Russisch-Oekraïense Oorlog, maar ook de COVID-pandemie.

Cognitieve denkfouten

Een van de essentiële inzichten van sociaal-psychologisch onderzoek is dat de informatieverwerking van mensen vaak vertekend is, en gekenmerkt door denkfouten.

Hiervoor werd het begrip ‘cognitieve bias’ geïntroduceerd door Tversky en Kahneman .

Tversky en Kahneman verklaarden cognitieve fouten in termen van heuristieken, mentale ‘shortcuts’ (kortere alternatieve routes) die snelle inschattingen geven. Cognitieve biases kunnen mensen helpen om veel voorkomende situaties in het leven snel af te handelen.

Een cognitieve bias is een systematisch patroon van afwijking van de norm of rationaliteit of objectiviteit in het oordeel. Individuen creëren hun eigen “subjectieve realiteit” op basis van hun perceptie van de wereld. Zo kunnen cognitieve vooroordelen soms leiden tot onnauwkeurig oordeel, onlogische interpretatie, of wat in het algemeen (kritisch) irrationaliteit of (lovend) intuïtie wordt genoemd.

Veel cognitieve biases zijn evolutionair ontstaan en hielpen mensen om te overleven. Cognitieve fouten kunnen tot effectievere acties leiden. Bovendien maakt het toestaan van cognitieve vertekeningen snellere beslissingen mogelijk. Vaak is snelheid belangrijker dan nauwkeurigheid. Cognitieve vertekeningen zijn een gevolg van menselijke mentale beperkingen, dus van een beperkte capaciteit voor informatieverwerking.

Veel onderzoekers houden zich bezig met cognitieve fouten en er zijn honderden ervan beschreven. Recentelijk hebben de onderzoekers Oeberst en Imhoff een eenvoudige samenvatting van een groot deel van menselijke denkfouten voorgesteld. Niet alle denkfouten vaan onder het voorgestelde vereenvoudige model, bijvoorbeeld niet de negativiteitsbias. Maar veel van de denkfouten laten zich op een eenvoudig model reduceren.
Dit is het samenvattend model:

cognitieve-fouten denkfouten
cognitieve fouten denkfouten

Nederlands:

  • Mijn ervaring is een goede maatstaf.
  • Ik schat de wereld juist in.
  • Ik ben goed.
  • Mijn groep is een goede maatstaf.
  • Mijn groepsleden zijn goed.
  • De eigenschappen van mensen, niet de context bepalen resultaten.

Psychologische vooroordelen, onzekerheid en zeldzame gebeurtenissen

Psychologische vooroordelen of denkfouten kunnen belangrijke gevolgen hebben voor individuen en groepen, vooral wanneer ze te maken hebben met onzekerheid en zeldzame gebeurtenissen. We denken dat we de toekomst kunnen voorspellen aan de hand van eerdere ervaringen. Maar vaak hebben wij onvolledige of onbetrouwbare kennis.

confirmation bias
confirmation bias

Met name de confirmation bias kan mensen overmoedig maken in hun overtuigingen en voorspellingen. Mensen kunnen aannemen dat ze voldoende of accurate informatie hebben om te anticiperen op zeldzame gebeurtenissen. Ze kunnen alternatieve perspectieven of scenario’s negeren die hun bewustzijn of paraatheid zouden kunnen vergroten. Sommige politieke leiders kunnen bijvoorbeeld waarschuwingen of signalen van potentiële crises of conflicten negeren omdat ze niet in hun verwachtingen of agenda passen. Zie de Russisch-Oekraïense Oorlog.

Literatuur

Oeberst, A., & Imhoff, R. (2023). Toward Parsimony in Bias Research: A Proposed Common Framework of Belief-Consistent Information Processing for a Set of Biases. Perspectives on Psychological Science, 17456916221148147.

Weerstand tegen online-manipulatie

De voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, verklaarde recentelijk dat “misinformatie en desinformatie” grotere bedreigingen vormen voor het mondiale bedrijfsleven dan oorlog en klimaatverandering.

Veel mensen maken zich zorgen over de manipulatieve technieken van de grote social mediaplatforms, die doelgericht aandacht trekken om geld te verdienen. Zo wakkeren online media vaak met triggerende berichten emotie en sensatie aan: online-manipulatie.

online-manipulatie weerbaarheid

Podcast

Lees verder “Weerstand tegen online-manipulatie”

Gedragsbeïnvloeding: De Theorie van Gepland Gedrag

De Theorie van Gepland Gedrag (Ajzen 1991, 2018)  is een wetenschappelijk uitstekend onderbouwde theorie, die gedrag zowel verklaart als ook een handvat geeft voor gedragsverandering.

Deze theorie toont een model van een aantal “determinanten” van gedrag, dat wil zeggen, factoren die samen en in samenhang gedrag beïnvloeden.

De Theorie van Gepland Gedrag (kort TGG, Engels TPB) van Izak Ajzen is een theoretisch model, dat in eerste instantie verklaart, hoe bepaald gedrag tot stand komt, maar is ook zeer geschikt voor het ontwerpen van gedragsinterventies.

Theorie en praktijk

In het Centrum van Den Haag werd de Theorie van Gepland Gedrag gebruikt voor een gedragsverandering rond het bijplaatsen van troep naast de containers, een probleem, dat in Den Haag veel voorkomt. Het gewenst gedrag was hier “de stoep schoon houden”.

Volgens Ajzen wordt gedrag in eerste instantie bepaald door de intentie het gedrag daadwerkelijk uit te voeren.

Als ik de intentie heb om de stoep schoon te houden, plaats ik geen troep naast de container. In veel gevallen hangt de intentie en het gedrag 1: 1 samen.

Maar we kennen allemaal situaties waar dit niet zo is. De intentie is het, om karton naast de papierbak te brengen, maar iemand is ziek, en zet karton toch naast de container neer.

Daarom is de relatie tussen intentie en gedrag wel degelijk interessant. Veel interventies richten zich erop mensen te helpen om hun hun intenties beter om te zetten in gedrag, om als het ware een actieplanning te maken. Belangrijk onderzoek naar gedragsintenties van Gollwitzer laat zien dat het formuleren van “implentation intentions” kan helpen de intentie om te zetten in gedrag. Een “implementation intention” maakt het doel, namelijk het uitvoeren van gedrag heel concreet: waar wanneer hoe, met wie ga je het gedrag uitvoeren? Het is dus niet “Ik houd de stoep schoon” (gedragsintentie) maar “Als ik iets niet in de container kwijt kan, houd ik het in mijn woning”. Idealiter wordt ook nog een plan B gemaakt wat gebeurt als plan A niet kan. „Als ik iets niet in de container kwijt kan, vraag ik een buur om hulp”.

Dus de relatie tussen intentie en gedrag is het eerste gedeelte in de Theorie van gepland gedrag. Zelfs als de intentie er is, wordt het gedrag niet altijd getoond. Maar soms is er al helemaal geen intentie. Dan is de vraag: hoe komt de intentie zelf tot stand?
Ajzen noemt 3 bronnen van de intentie:

Attitude, sociale normen en zelfeffectiviteit

theorie gepland gedrag
theorie gepland gedrag

De attitude beïnvloedt de intentie: als je een positieve attitude hebt tegenover een schone leefomgeving zal je vermoedelijk de intentie hebben afval naar de glasbak of papierbak te brengen en voor grofvuil de gemeente te bellen. Als je onverschillig staat tegen je leefomgeving (bijvoorbeeld omdat alles sowieso vies en lelijk is) plaats je een oude printer gewoon naast de vuilnisbak

Ook sociale normen beïnvloeden gedrag. Als je weet dat je buren je aanspreken op het bijplaatsen van grofvuil, ben je minder geneigd om dit te doen

De derde bepalende factor voor gedragsintentie én gedrag is zelfeffectiviteit (EN self-efficacy). Als je denkt geen mogelijkheid te hebben om grofvuil af te voeren dan het naast de container te zetten, ben je zeker geneigd, grofvuil bij de afvalbak neer te zetten. Je moet dus weten hoe je grofvuil om een passende manier kunt kwijt raken.

Effectieve gedragsverandering

Gedragsverandering zal dus op attitude, sociale normen, zelfeffectiviteit en/of gedragsintentie kunnen mikken.

In Den Haag werd voor een combinatie van interventies gekozen:

bloembak gedragsverandering
bloembak gedragsverandering
  • bloembakken neer te zetten voor een positieve attitude,
  • sociale controle door mensen aan te spreken,
  • informatie aan nieuwe huurders voor zelfeffectiviteit.
voorbeeld ajzen theorie gepland gedrag
voorbeeld ajzen theorie gepland gedrag

De theorie van gepland gedrag: literatuur

Ajzen, I. (1991). The Theory of planned behavior. Organizational Behavior and Human Decision Processes.

Ajzen, I. (2002). Perceived Behavioral Control, Self‐Efficacy, Locus of Control, and the Theory of Planned Behavior. Journal of Applied Social Psychology, 32(4), 665-683.

Ajzen, I., Fishbein, M., Lohmann, S., & Albarracín, D. (2018). The influence of attitudes on behavior. The handbook of attitudes, volume 1: Basic principles, 197-255.

Gollwitzer, P. M. (1999). Implementation intentions: strong effects of simple plans. American psychologist54(7), 493.

Emotie, cognitie en gedrag

Sociale cognitie: emotie en cognitie samen

Om het samenspel tussen emotie, cognitie en gedrag te begrijpen moeten we eerst naar het begrip “sociale cognitie” kijken, dat wil zeggen, de manier waarop mensen waarnemen en denken. Emotie en cognitie komen hierbij samen.

Sociale cognitie is een belangrijk begrip uit de sociale psychologie. Het betekent dat menselijke perceptie en denken sterk bepaald wordt door sociale relaties. Natuurlijk gaat sociale cognitie over het waarnemen en interpreteren van het gedrag van anderen. Maar sociale denkprocessen gaan veel verder en omvatten ook een groot gedeelte van de perceptie van dingen en feiten.

Emotie-cogniti hersenen-gedragsverandering-heuristiek-bias-Kahneman-gewoontes-nudging-automatisch-denken-rationeel-sturen-denken-plannen
Maria Trepp

Podcast

Lees verder “Emotie, cognitie en gedrag”

Betere zelfkennis

Hoe kennen we ons zelf en hoe nauwkeurig is onze zelfkennis?

Introspectie en zelfreflectie

Een manier om zelfkennis op te doen is introspectie, het “naar binnen kijken”: stilstaan en interne toestanden waarnemen, zowel mentale als ook emotionele. Dit soort introspectie lijkt de eenvoudigste en meest voor de hand liggende manier te zijn om zelfkennis vergroten. Het lijkt vanzelf te spreken dat iedereen zichzelf het beste onder de loep kan nemen en nadenken over de redenen voor de eigen gevoelens of gedragingen. Maar onderzoek laat zien dat mensen zichzelf vaak minder goed kennen dan ze denken.

Lees verder “Betere zelfkennis”